Bovensmilde - dorp in Drenthe

Bovensmilde


Bovensmilde
©: Hendrik van Kampen

Het kanaaldorp Bovensmilde is als ontginningskolonie gesticht in het begin van de negentiende eeuw. Het is de vierde en meest noordelijke kolonie langs de Drentsche Hoofdvaart, na Hoogersmilde, Hijkersmilde en Smilde. Het dorp is ruim vier kilometer lang en maakt deel uit van een bijna twintig kilometer lang bebouwingslint langs het veenkanaal.

De bebouwing van Bovensmilde ligt tussen de Jonkersbrug en de Norgerbrug.

Het dorp kon onstaan toen de ontginning van de Smildervenen in de tweede helft van de achttiende eeuw een nieuwe impuls kreeg. De vervening was na 1700 ter hoogte van Hoogersmilde bijna stil komen te liggen door verwaarlozing van het veenkanalenstelsel. Door de aanleg tussen 1769 en 1780 van de Drentsche Hoofdvaart, die het Meppeler Diep met Assen verbond, kon men ook het noordelijk deel van het veengebied ter hand nemen. De eerste bewoners waren veen- en landarbeiders die zich langs het kanaal vestigden.

Bovensmilde was vanaf 1835 woonplaats van de bekende dominee Hendrik de Cock, die het gereformeerde gedachtengoed in Drenthe verkondigde. Toch werd in Bovensmilde als eerste een hervormde kerk gesticht. Vanaf 1839 was een klein gebouwtje ingericht voor de hervormde diensten en in 1869 werd de hervormde kerk aan de Hoofdweg opgeleverd. Dit is een dwars geplaatste zaalkerk met een hoge witte houten klokkentoren op het dak. Het orgel dateert uit de zeventiende eeuw en is in 1897 geplaatst. De gereformeerde kerk aan de Ds. L.

Dijkstrastraat werd gebouwd in 1953 naar ontwerp van A. Smallenbroek. Tussen 1898 en 1909 was in Bovensmilde een kleine zuivelfabriek, waar met handkracht boter werd gemaakt. De productie van Bovensmilde verhuisde na de sluiting naar de grotere fabriek in Hijkersmilde.

Na de Tweede Wereldoorlog werd Bovensmilde aangewezen als een van de groeikernen van de gemeente Smilde. Het dorp breidde uit op het zogenaamde Donkerslootsblok en er ontstond komvorming langs de Witterweg en de Schoolstraat. De mensen die naar Bovensmilde verhuisden waren forensen die in Assen werkten, maar ook Molukse gezinnen die tot dan toe waren opgevangen in Kamp Schattenberg op het terrein van het voormalige Kamp Westerbork. Tot 2002 was De Boerderij het gemeenschapscentrum van Bovensmilde. Sinds de afbraak ijvert de belangenvereniging van het dorp voor de bouw van een nieuw dorpshuis.

Aan de Jasmijnstraat staat het Molukse buurtcentrum Molo Oekoe. In mei 1977 haalde Bovensmilde het landelijke nieuws toen de openbare lagere school werd bezet door een viertal radicale Molukse jongeren. Meer dan honderd kinderen en leerkrachten werden gegijzeld. Na vijf dagen werden de kinderen vrijgelaten, na drie weken de onderwijzers. Na het drama is de school afgebroken.

Ten westen van het dorp strekt het Fochteloërveen zich uit tot aan Veenhuizen. Het is een hoogveengebied met veel vennen, enkele aangeplante naaldbossen en een bijzondere vogelpopulatie. Aan de andere kant van het dorp ligt het Kyllotsbos, een klein gevarieerd bos- en heideterrein. Tussen Bovensmilde en Assen liggen de natuur- en recreatiegebieden Witterveld, Baggelhuizen en het Pelinckbos. ■

Colofon

Bron: Noordboek

© Foto voorblad: Hendrik van Kampen
Lees meer