Nieuw Amsterdam - dorp in Drenthe
Nieuw Amsterdam
Nieuw-Amsterdam vormt een tweelingdorp met Veenoord. De plaats is kort na 1850 ontstaan, nadat de Drentsche Landontginning Maatschappij in deze streek veengronden had aangekocht. De maatschappij noemde het veengebied Amsterdamsche Veld, omdat ze in de hoofdstad was opgericht. De nederzetting die hier ontstond, kreeg daarom ook de naam Nieuw-Amsterdam. De eerste woningen verrezen langs de voormalige provinciegrens tussen Emmen en Sleen. Na de aanleg van de Verlengde Hoogeveensche Vaart kreeg het dorp ook bebouwing langs het water. Vanaf 1870 begon de grootschalige ontginning van dit deel van het veengebied.
Aan de Vaart Zuidzijde staat sinds 1873 de hervormde kerk. Deze witgepleisterde zaalkerk heeft een kleine geveltoren en is ontworpen door H. Winters. In 1955 is de kerk uitgebreid met het verlaagde ingangsportaal. Het orgel dateert van 1902. Nieuw-Amsterdam heeft ook een gereformeerde kerk, aan de Vaart Noordzijde. Deze is in 1925 opgetrokken in expressionistische stijl naar ontwerp van W. van Straten.
De paraboolvormige zaalkerk heeft gelijkvormige uitbouwen aan weerskanten en een dakruiter in het midden. Aan dezelfde straat staat ook de eenvoudige Kruiskerk uit 1955 van de christelijk-gereformeerden en de vrijzinning hervormde kerk.
Door de ligging aan de Verlengde Hoogeveensche Vaart en de Zijtak vanaf het Stieltjeskanaal trokken Nieuw-Amsterdam en Veenoord veel veenindustrie. Er werden onder meer een turfstrooiselfabriek, een kalkbranderij en een scheepswerf gebouwd. Later werd aan het water bij Veenoord aardappelmeelfabriek Excelsior gebouwd. Deze fabrieken zijn allemaal verdwenen.
Aan de noordkant van het dorp kreeg NieuwAmsterdam in 1904 een station aan de spoorlijn tussen Zwolle en Stadskanaal. Dit was een statig gebouw, dat identiek was aan het station in Hardenberg. In 1993 is het vervallen pand afgebroken, er is geen nieuw gebouw voor in de plaats gekomen. Station Nieuw-Amsterdam is nog altijd in gebruik op de lijn Zwolle-Emmen.
Het station ligt op industrieterrein De Tweeling, een naam die verwijst naar Nieuw-Amsterdam en Veenoord. Door de grootschalige tuinbouwcomplexen rond Erica kwam in Nieuw-Amsterdam een veilinggebouw. Ten noorden van het industriegebied loopt rijksweg A37 tussen Hoogeveen en Duitsland.
Door de toenemende werkgelegenheid groeide ook het inwonertal. Nieuw-Amsterdam breidde vooral uit in zuidelijke richting en was aan het eind van de negentiende eeuw al een van de grotere dorpen van de gemeente Emmen. In het dorp werden hotels en herbergen opgericht, vele winkels werden geopend en er kwamen lagere scholen en een tuinbouwschool. Nog voor de Tweede Wereldoorlog stagneerde de turfwinning, waarna NieuwAmsterdam zich ontwikkelde tot forensendorp.
Tegenwoordig zijn in het dorp nog twee lagere scholen, de christelijke school De Bron aan het Ganzenroer en de openbare school De Bascule aan de Sportlaan.
In Nieuw-Amsterdam staan enkele fraaie panden uit de negentiende en begin-twintigste eeuw. Aan de Vaart Zuidzijde vinden we onder andere de voormalige marechausseekazerne, een groot dwarsgeplaatst pand uit 1891. Aan dezelfde straat staan een aantal rijk uitgevoerde herenhuizen. Opvallend is ook het voormalige postkantoor met neogotische details. Aan de Zijtak staat het woonhuis La Paix, dat in zijn huidige vorm dateert uit 1875. Het was het compagniehuis van de Drentsche Landontginning Maatschappij.
Nieuw-Amsterdam en Veenoord zijn bekend door het Van Gogh Huis, de voormalige herberg waar Vincent van Gogh enige tijd heeft gewoond en gewerkt. Dit statige witte pand, dat op de grens van de twee dorpen staat, is ingericht als negentiende-eeuws logement.
Er is een informatiecentrum over de Drentse periode van Van Gogh, men kan de kamer bekijken waar de schilder heeft overnacht en er is een restaurant. Sinds 2007 kan men met een snikke uit 1907 dezelfde route varen als Van Gogh in 1883. De trekschuit vaart onder meer door Nieuw-Amsterdam naar het zuidelijker gelegen Zandpol. ■
Colofon
Bron: Noordboek