Nieuw Roden - dorp in Drenthe

Nieuw Roden


Nieuw Roden
©: Hendrik van Kampen

Nieuw-Roden is een relatief jong dorp. Het ontstond eind negentiende eeuw, toen men startte met de ontginning van het Roonderveld. Er werden kanalen en wijken gegraven voor afwatering en turftransport, de straten Poolswijk en Lange Wijk herinneren daar nog aan. De verveningswerkzaamheden trokken arbeiders aan, die plaggenhutten bouwden op de verhoogde zandgronden. De ontginningsnederzetting die zo ontstond werd Roderveld genoemd, het latere Nieuw-Roden.

In de jaren ’20 verdwenen de plaggenhutten en werden stenen huizen gebouwd. De laatste hutten werden pas vlak voor de Tweede Wereldoorlog afgebroken. Dat het dorp in 1903 al een stenen schoolgebouw kreeg, is daarom opvallend te noemen. Deze school voor openbaar lager onderwijs kwam aan de Dorpsstraat.

Tegenwoordig biedt het pand onderdak aan de Meester de Vriesschool. Aan de Terheylsterweg werd in 1922 de hervormde kerk opgeleverd, een eenvoudige zaalkerk met geveltoren.

Enkele jaren later werd aan de Eikenlaan een christelijke lagere school geopend. Omdat Roderveld zich had ontwikkeld van ontginningsnederzetting tot een dorp met stenen huizen, scholen en een kerk, vond men dat een naamsverandering op zijn plaats was. Rond 1930 kreeg het dorp daarom de naam NieuwRoden, omdat men dit rijker vond klinken.

In de jaren ’30 en ’40 breidde het dorp fink uit, vooral door sociale woningbouw. Ook in de tweede helft van de vorige eeuw werden in Nieuw-Roden veel nieuwe straten aangelegd.

Het bevolkingsaantal nam toe en een tijdlang hoorde het dorp tot de grootste plaatsen van de gemeente. Nieuw-Roden en Roden groeiden in de loop der tijd steeds verder naar elkaar toe. Door de bouw van de nieuwbouwwijken Vijfde Verloting en Roderveld zijn de plaatsen defnitief aan elkaar vastgegroeid. De belangenvereniging van Nieuw-Roden probeert desondanks het oorspronkelijke eigen karakter van het dorp in stand te houden. ’t Dörpshuus Nij-Roon aan de Roderweg vervult daarbij een belangrijke rol.

Colofon

Bron: Noordboek

© Foto voorblad: Hendrik van Kampen
Lees meer