Peize - dorp in Drenthe

Peize


Peize
©: Hendrik van Kampen

De geschiedenis van het esdorp Peize gaat terug tot in de middeleeuwen. De eerste bewoners van het gebied vestigden zich op hoger gelegen zandgronden tussen de beken Eelderdiep en Peizerdiep. In een document uit 1165 wordt Peize aangeduid met de naam Pedge. De naam is afgeleid van een oud woord voor een moerassig gebied. Tussen Peize, Eelde en Groningen liggen de Peizer- en Eeldermaden, een uitgestrekt laagveengebied met houtwallen, bosjes en ruige graslanden.

In de tweede helft van de dertiende eeuw kreeg Peize op de brink een eigen kerk, aan de huidige Kerkstraat. Oorspronkelijk was de kerk gewijd aan Johannes de Doper, maar sinds de reformatie biedt het gebouw onderdak aan de hervormde gemeente. De kerk is opgetrokken in een laatromaanse stijl. De grote toren werd in 1624 gesloopt en pas in 1803 vervangen door de huidige. Rond 1824 werd de kerk uitgebreid en werd het toenmalige rechtgesloten koor vervangen door het huidige met grote vensters. Tot de inventaris behoort onder meer een bijzonder twaalfde-eeuws zandstenen doopvont. De preekstoel stamt uit 1751, de dubbele herenbank uit 1824. In 1862 kreeg de kerk zijn orgel, dat in 1652 oorspronkelijk was gemaakt voor het Groninger Pepergasthuis.

In het dorp zelf, maar ook in de omgeving, zijn in de loop der eeuwen een aantal voorname huizen gebouwd. Aan De Horst staat het Huis ter Hansouwe, dat eeuwenlang bezit was van de adellijke familie Lewe. Huis ter Hansouwe is een restant van een steenhuis, dat in de veertiende eeuw verrees op een zandkop in het moerasgebied. In de zeventiende eeuw werd het huis verlengd en in later eeuwen uitgebreid met diverse schuurdelen. Het woongedeelte is deels gebouwd van kloostermoppen, het schuurgedeelte is gedekt met riet. Tegenwoordig is de melkkamer van het monumentale pand ingericht als bed and breakfast.

Een ander fraai woonhuis is Huis Willinge aan de Roderweg. Het is gebouwd in 1763, maar de huidige voorgevel staat er sinds een verbouwing in 1880. Aan de Brinkweg 2 staat een woonhuis met schuur uit 1815. De ingemetselde gevelsteen uit 1706 is een restant van de afgebroken havezate Huis te Peize, die aan dezelfde straat stond. Het versterkte Huis te Peize moet al in de twaalfde eeuw zijn gebouwd. In de loop der eeuwen is het meermalen geheel of gedeeltelijk verwoest en weer opgebouwd.

Aan het begin van de negentiende eeuw is Huis te Peize in verval geraakt en werd het defnitief afgebroken. Door onderzoek naar oude funderingsresten weet men waar het huis gestaan moet hebben, sinds 2002 is deze plaats gemarkeerd met palen.

In de zeventiende en achttiende eeuw was de teelt van hop een belangrijke inkomstenbron voor het dorp. Peize produceerde bijna twee keer zo veel hop als Eelde en Roden samen.

Halverwege de negentiende eeuw maakte de hopteelt plaats voor de aardappelteelt. In Peize zijn nog veel zaken die herinneren aan de hopteelt. De vrucht van de hop, de hopbel, is verwerkt in de voormalige gemeentevlag.

Het is tevens de naam voor het dorpsblad.

De Hoprank is een bejaardenhuis, de Hoppekampweg een belangrijke straat. Tot 2008 was De Peizer Hopbel een belangrijk caférestaurant in het dorp.

Aan het Molenpad staat de achtkante stellingmolen Paiser Meul. De molen dateert van 1893 en is gebouwd op de restanten van een oliemolen uit het Groningse Enumatil. Hij is meerdere keren gerestaureerd. In 1973 kreeg de Paiser Meul onder meer een nieuwe stelling van bijna negen meter hoog en werd de romp met riet bekleed. De molen kan nog malen.

Tussen 1936 en 1967 was hij eigendom van de coöperatieve zuivelfabriek en graanmalerij De Goede Verwachting. Deze fabriek werd opgericht in 1896, maar moest in de jaren ’60 door schaalvergroting in de zuivelindustrie fuseren met een zuivelfabriek in Assen. Daarom werd in 1967 de molen verkocht aan de gemeente Peize, in 1973 wisselden ook de fabrieksgebouwen van eigenaar. Op de plek waar voorheen de zuivelfabriek stond, is later woningencomplex Westerkimme gebouwd.

In de loop van de negentiende eeuw werd Peize groter, vooral langs de uitvalswegen. De open structuur van het dorp bleef daardoor bestaan. Na de Tweede Wereldoorlog is het dorp met name in noordelijke en zuidelijke richting gegroeid. Het buurschap De Pol, ook Peizerpol genoemd, is daardoor aan Peize vastgegroeid.

Het dorp heeft zich gaandeweg ontwikkeld van agrarische nederzetting tot forensendorp, dat voornamelijk gericht is op Groningen. In Peize zijn enkele oude boerderijen bewaard gebleven, zoals de boerderij met het rieten dak uit 1662 aan de Oosterweg en de voormalige café-boerderij aan de Kerkstraat, die in de kern waarschijnlijk dateert uit de zestiende eeuw.

Behalve door haar geschiedenis en de bijzondere natuur in de stroomdalen van de beken aan weerskanten van Peize, is het dorp ook bekend vanwege de jaarmarkt in augustus, het zomerfeest en het grote wellness-centrum.

Het plaatselijke openluchtzwembad wordt al jaren door vrijwilligers in stand gehouden. Tot 1998 was Peize een zelfstandige gemeente, waartoe onder meer Peizermade en Peizerwold behoorden. Het raadhuis van de gemeente Peize stond aan de Raadhuisstraat en was een blokvormig gebouw uit 1918. In de vorige eeuw is het gebouw meerdere keren verbouwd en uitgebreid aan de achterkant. Door de gemeentelijke herindeling van 1998 fuseerde Peize met de gemeentes Roden en Norg tot het grote Noordenveld. ■

Colofon

Bron: Noordboek

© Foto voorblad: Hendrik van Kampen
Lees meer