Schoonloo - dorp in Drenthe
Schoonloo
Op het hoogste punt van de Rolderrug, een zandrug die parallel loopt aan de Hondsrug, ligt het esdorp Schoonloo. Het dorp is ontstaan in de vroege middeleeuwen op de kruising van de postroute Coevorden-Groningen en de doorgaande weg tussen Schoonoord en Grolloo. De meeste bebouwing concentreert zich aan de oostzijde van de grote Hoofdstraat, onder meer langs de Schoolstraat, de Brinkakkers en de Westdorperstraat.
In 1328 werd Schoonloo voor het eerst vermeld als Sconelo, rond 1500 schreef men de naam als Sconloe. De naam is ontleend aan de woorden schoon (droog) en lo (bos), wat duidt op een bosgebied met een droge bodem. Schoonloo ligt temidden van het bos- en heidegebied Schoonloërveld en de uitgestrekte boswachterijen van Grolloo en Schoonloo. Aan de noordkant van het dorp liggen de Schoonloër Strubben met de restanten van eikenbosvegetatie, de es ten zuiden van Schoonloo ligt op het hoogste punt van een grote zoutkoepel.
In 1901 werd in Schoonloo een particuliere zuivelfabriek opgericht, waaraan alle boeren in het dorp hun melk leverden. De concurrentie van stoomkrachtfabrieken werd deze op handkracht aangedreven boterfabriek al gauw te veel en de fabriek sloot in 1910. Rond 1930 telde het dorp nog ruim veertig boerenbedrijven.
Door ruilverkaveling en schaalvergroting verdwenen na de jaren ’60 veel agrarische bedrijven. De Trekkerskei, die meer dan 25 ton weegt en in de Hoofdstraat tegenover café-rstaurant Hegeman staat, is in 1966 bij ruilverkavelingswerkzaamheden ontdekt. Tegenwoordig zijn in Schoonloo nog zo’n acht boerenbedrijven.
Het dorp is door zijn gunstige ligging erg in trek bij toeristen, wat zich vertaalt in vele campings, pensions en kampeerboerderijen.
Colofon
Bron: Noordboek