Nieuw Buinen
Nieuw-Buinen is een langgerekt kanaaldorp dat in de negentiende eeuw met de ontginning van het Buinerveen is ontstaan. In 1817 sloten de Oostermoersche veenmarkegenoten, waarvan Buinen deel uitmaakte, een Convenant met Groningen over het wederzijds gebruik van de veenkanalen. Daarna konden zijkanalen vanaf het Groninger Stadskanaal door de Drentse venen gegraven worden. Langs dit dichte netwerk van kanalen ontstond bebouwing. Op die manier kwam ook Nieuw-Buinen tot ontwikkeling.
Door het Buinerveen werden twee kanalen gegraven die parallel aan elkaar liepen. Tussen dit Noorder- en Zuiderdiep bouwden veen- en landarbeiders hun huizen, aan de buitenkant van dit kanalenstelsel vestigden de boeren zich op grote veenkoloniale boerderijen. NieuwBuinen werd snel groter en groeide zelfs uit tot een dorp dat vele malen groter was dan het moederdorp Buinen. De bebouwing strekt zich tegenwoordig uit van Buinerveen tot de provinciegrens met Groningen in het oosten.
Na de Tweede Wereldoorlog zijn de kanalen gedempt en werd tussen het Noorderdiep, het Dwarsdiep en de Tweederdeweg een grote woonwijk gebouwd.
Voor de ontwikkeling van Nieuw-Buinen was niet alleen de turfhandel van belang, maar ook de industrieën die zich hier in de loop van de negentiende eeuw vestigden. In deze streek konden zij aan goedkope brandstof komen, turf, de transportmogelijkheden over water waren uitstekend en de arbeidskracht goedkoop. Nabij het Dwarsdiep opende in 1838 de glasblazerij van Thöne, twee jaar later werd daarnaast de glasfabriek van Meursing opgericht. De glasfabrieken waren van groot belang voor de economie van Nieuw-Buinen en Drenthe in het algemeen, op het hoogtepunt bood deze industrie werk aan 1500 mensen.
In 1938 werden beide fabrieken overgenomen door een vereniging uit Schiedam. De fabriek van Thöne werd daarna gesloten, in 1967 sloot ook de andere glasfabriek. Ter herinnering aan de fabrieken werd in 1974 het natuurstenen monument Glasblazer onthuld. Dit beeld was door Onno de Ruijter gemaakt in het kader van het 150-jarig bestaan van Nieuw-Buinen in 1973. In 1959 kreeg het dorp een eigen industrieterrein. Aan de Glaslaan vindt men tegenwoordig de aardewerkfabriek en het keramiekmuseum van Royal Goedewaagen.
In 1895 opende de coöperatieve zuivelfabriek Nieuw-Buinen, aanvankelijk een handkrachtfabriek, later ging men over op stoomkracht. De fabriek was geen lang leven beschoren en sloot in 1930. Meer succes had de coöperatieve aardappelmeelfabriek Hollandia, die in 1899 werd gebouwd. De landerijen rond Nieuw-Buinen bleken zeer geschikt voor de teelt van aardappelen. Schaalvergroting in deze sector zorgde in de jaren ’70 voor overname door het grote concern Avebe. Niet lang daarna stopte de productie en in 1981 werd de fabriek defnitief gesloten en afgebroken. De landbouwpercelen die aan de voormalige fabriek grensden doen tegenwoordig dienst als vloeivelden.
Halverwege de negentiende eeuw splitste Nieuw-Buinen zich kerkelijk af van Borger en in 1853 verrees de hervormde kerk aan de Kerklaan. Het gebouw werd in 1904 uitgebreid met een dwarsdeel en het is nu een L-vormige kerk met een opengewerkt geveltorentje.
Het orgel is van 1879. Sinds 1891 staat aan het Zuiderdiep de gereformeerde kerk. Samen met de hervormde kerk zijn de twee gebouwen nu onderdeel van de Samen-Op-Weg-gemeente.
Aan het Dwarsdiep staat sinds 1928 de kerk van de lokale Baptistengemeente. Rond de eeuwwisseling zijn in Nieuw-Buinen enkele bijzondere woonhuizen gebouwd, zoals die aan het Zuiderdiep 243 en 309. Deze huizen uit 1880 zijn opgetrokken in een gemengde bouwstijl.
Fraai is ook de aan het Zuiderdiep 143 staande voormalige directeurswoning uit 1910 met diverse Jugendstildetails.
Het veenkoloniale karakter van Nieuw-Buinen is te herkennen aan een aantal Oldambtster boerderijen. Aan het eind van de negentiende eeuw trokken veel jonge boeren vanuit Groningen naar de Drentse veenkolonies, waaronder Nieuw-Buinen, om daar een nieuw bestaan op te bouwen. De boerderijen die ze lieten bouwen, waren van het Oldambtster type waarbij het woonhuis en de schuur in elkaars verlengde werden gebouwd. Een opvallende boerderij is de Villa Flora, die rond 1877 is gebouwd in opdracht van de familie van glasfabrikant Thöne. Tegenwoordig is hier een opvang voor psychiatrische patiënten gehuisvest. Aan het Noorderdiep 115 staat een opvallend rijk gedecoreerde boerderij in oriëntalistische stijl.@Oostelijk van het dorp loopt de oude spoorlijn tussen Stadskanaal en Ter Apel. Tussen 1924 en 1935 werd deze lijn geëxploiteerd door de STAR, de treinmaatschappij Stadskanaal - Ter Apel - Rijksgrens. Bij Nieuw-Buinen was een station gebouwd op Groninger grondgebied, met een overslagplaats voor goederen nabij de laad- en loshaven. In de jaren ’90 is dit spoor omgevormd tot een museumspoorlijn. Met een historische stoomtrein worden ritten gemaakt tussen Veendam en Musselkanaal.
Tegenwoordig is Nieuw-Buinen een modern dorp met meerdere basisscholen en een kleine middenstand. Het dorp heeft een openluchtzwembad een grote visvijver. Nieuw-Buinen heeft meerdere sportverenigingen en de plaatselijke voetbalclub vierde in 2008 het negentigjarig jubileum. ■
Colofon
Bron: Noordboek